Friday, 18 September 2015

Time for a 'Tachtiger'! No. 31 Willem Kloos

De bomen dorren in het laat seizoen

De bomen dorren in het laat seizoen,
En wachten roerloos den nabijen winter...
Wat is dat alles stil, doodstil... ik vind er
Mijn eigen leven in, dat heen gaat spoên.

Ach, 'k had zo graag heel, héél veel willen doen,
Wat Verzen en wat Liefde, -- want wie mint er
Te sterven zonder dees? Maar wie ook wint er
Ter wereld iets door klagen of door woên?

Ik ga dan stil, tevreden en gedwee,
En neem geen ding uit al dat Leven meê
Dan dees gedachte, gonzende in mij om:

Men moet niet van het lieve Dood-zijn ijzen:
De dode bloemen komen niet weêrom,
Maar Ik zal heerlijk in mijn Vers herrijzen.


The trees are wilting at the season’s end

The trees are wilting at the season’s end,
Awaiting motionless the approaching winter
How still it all is, deathly still... The stint of
My own brief life’s contained there, almost spent.

Ah, much, so much I dearly would have done,
Some Verses and some Love, – for who is eager
Without them to face death? But who by meagre
Rage or complaint has something ever won?

Contented, still and meek I now will be,
And nothing from that Life I take with me
Than this thought that is pounding in my brain:

One need not shudder at one’s own fond Death:
The dead flowers will not ever come again,
But I will in my Verse once more draw breath.



No comments:

Post a Comment