Sunday, 23 June 2024

Manuel Kneepkens: 'Tuin van eetlust'


 

TUIN VAN EETLUST

 

Op koele zomeravonden als de familie smakkend tot zich nam

groene haring, gevolgd door slierasperges in botersaus

biefstuk, salade, pommes frites, en toe

aardbeien, slagroom, mocca en vanille

 

dan deinden zij, de tantes, als pioenrozen, als zwaargassige

ballonnen op hun steel, op de golfslag van hun lacherigheid

in alle malse borsten koerde hoorbaar Wagner

 

zo dronken ze wijn na wijn

tot elk hoofd paus pius twaalf leek in het Heilig Jaar

zo bleek!

 

tenslotte nam dan oom na oom, stomdronken, afscheid

en van elke tante wiegde het romig achterwerk weg

alleen de nacht bleef over, die hele oude dame

die pauwblauwe waaier voor de eenzame glimlach

van het heelal

god van de vlinders, dan sliep je!

de ramen open, kostbare dromen ten prooi

 

 

THE GARDEN OF EATING

 

On cool summer evenings when the family noisily consumed

green herring, followed by choice asparagus in butter sauce

a steak, salad, french fries, topped off with

strawberries and cream, mocha and vanilla

 

they then heaved, the aunts, like peonies, like gas-brimful

balloons on their stems, on the swell of their eruptive laughter

in every tender breast Wagner audibly cooed

 

they then drank glass after glass of wine

until each head resembled Pope Pius XII in the Jubilee Year

so pale!

 

finally uncle after uncle, drunk as a lord, said goodbye

and the creamy derriere of every aunt swayed away

leaving only the night, that ancient lady

that peacock-blue fan for the lonely smile

of the universe

god of the butterflies, then you slept!

the windows open, a prey to precious dreams

 

No comments:

Post a Comment