Wednesday, 27 August 2014

A poem by the Dutch writer and painter Hendrik de Vries (1896-1989)


Mijn broer

Mijn broer, gij leedt
Een einde, waar geen mens van weet.
Vaak ligt gij naast mij, vaag, en ik
Begrijp het slecht, en tast en schrik.

De weg met iepen liept gij langs.
De vogels riepen laat. Iets bangs
Vervolgde ons beiden. Toch woudt gij
Alleen gaan door de woestenij.

Wij sliepen deze nacht weer saam.
Uw hart sloeg naast mij. ‘k Sprak uw naam
En vroeg, waarheen gij gingt.
Het antwoord was:

'Te vreselijk om zich in te verdiepen,
Zie: ’t gras
Ligt weder dicht met iepen
Omkringd.'


Brother of mine

My brother, your life’s close
Is something of which no one knows.
You often lie beside me, vague yet near –
I hardly grasp, and grope and start with fear.

You chose to walk along the elm-lined road.
The birds sang late. And something fearful strode
Behind the two of us. Yet you made known
You wished to cross the wilderness alone.

Last night the bed we slept in was the same.
Your heart beat next to mine. I spoke your name
And asked what was in sight.
The answer was:

‘Too terrible to venture to explain:
The grass
Is fringed with elms again,
Packed tight.’


For the original and an analysis, go to here

No comments:

Post a Comment