Tuesday, 30 October 2012

Poem by the Dutch writer Bernlef


GOLDEN DELICIOUS

Mijn moeder zit aanvallig in de tuin
voor haar voeten de opwindgrammofoon
met van dat paarse vilt van binnen
mijn sporen zijn nog niet gezaaid

Zomerbladeren blikkeren in de hoorn
en uit een foto klinkt vervlogen
de muziek van toen, een Gershwin-tune
nu evergreen geheten

Haar blote armen in het gras
het lijkt voor altijd zomer
His Master’s Voice beheerst de tuin
tot in de takken van de bomen

Golden delicious hangen ze daar
zwaar en volmaakt als de muziek
waarnaar ze luistert met gesloten ogen
vol overgave en met heel haar lijf

Een middag in de tuin zo rond en
zo volkomen dat er geen vader
door kan dringen, geen kind erin
de weg vindt naar zijn naam.


GOLDEN DELICIOUS

My mother makes a picture on the lawn
at her feet the wind-up gramophone
lined with that mauvish purple felt
no spores of me have yet been sown

Summer leaves are glinting in the horn
and from a photo comes the sound
of bygone music, a Gershwin tune
now called an evergreen

Her arms uncovered in the grass
it seems an endless summer
His Master’s Voice in full command
to the trees’ outermost branches.

Clusters of golden delicious hang
heavy and perfect as the music
to which she’s listening with shuttered eyes
and utter physical abandon

A garden afternoon so round and
consummate no father ever
will gain entry, no child there find
the path toward its name.

No comments: