Friday, 21 March 2025

J.B. Charles (1910-1983): 'De hond'


 

DE HOND

 

Twee poten voor en twee poten achter

maakt samen zes zodra hij loopt

dragen de kop met de bijtbek vol tanden

schuin voorwaarts naar waar tumult is of stank.

 

De riddertijd is nu voorbij, mijne honden,

van leven in troepen van vijftig of meer,

dat jullie nog wel eens een dood paard vonden

of tegen een verdwaalde herderin aanliepen.

 

Nu ben je de mens wel zeer ondergeschikt,

je hebt zelfs een soort van geweten gekregen —

werd je daarom het ontuchtigste onder de dieren?

werd zo de straathond van een dier van het veld

tot psychopaat, en de kettinghond ter beschikking gesteld?

 

Kom jij gerust bij mij staan hier,

beschamende renegaat,

verloren ontuchtig dier,

kom en lik mij de hand

met de binnenkant

van mijn eigen huid,

de rode dampende lap

waar je hijgende van bestaat,

psychopaat van de straat,

hier is mijn hand.

 

 

THE DOG

 

Two paws up front and two at the back

together make six once it starts to move

carry the head with its chops full of chompers**

tilting forwards to any tumult or stench.

 

The age of chivalry’s long gone, dogs of mine,

of living in packs of fifty or more

that you sometimes found a horse’s corpse

or came across a stray shepherdess.

 

Now you may be submissive to humans,

even have acquired some sort of conscience –

is that why you became the most lecherous of animals?

So the street dog turned from a beast of the field

into a psychopath, and the chained dog made available?

 

Feel free to stand beside me here,

you shameful renegade,

you lost lecherous beast,

come and lick my hand

the inside

of my own skin,

the red steaming rag

that you pantingly consist of,

psychopath of the street,

here is my hand.

 

Translated in collaboration with Albert Hagenaars

Poetic Synapses 27

 


 

 

No comments: