Geranium
Vanuit de slechtzittende
schoolbank in een geur van stof
oud hout en pis, onder hoge ramen
in bladderend kozijn: het rood
van de geranium.
Mijn grootmoeder zwoegend boven
een tobbe in de tuin, en naast
het keurig tegelpad in rij, in het rood
waarvan mijn opa op vergaderingen
sprak: geraniums.
Thuis hadden wij er een
die nooit bloeien wilde omdat
iedereen zijn peuken doofde
in de pot. O god, de triestheid
van zijn harig-groene, knokelige
steel!
Geranium, prachtige bloem
die niet mooi is, wijn
van de kruidenier, kip
tussen de vogels, sieraad
van alles wat arm en goedkoop is.
Geranium
From the uncomfortable
school desk in a smell of dust
old wood and piss, under tall windows
in peeling frames: the red
of the geranium.
My grandmother toiling above
a tub in the garden, and beside
the neat flagstone path in a row, in the red
my grandpa used to speak of at
meetings: geraniums.
At home we had one
that refused to bloom because
everyone stubbed out their fags
in the pot. Oh god, the sadness
of its hairy-green, bony
stalk!
Geranium, magnificent flower
devoid of beauty, wine
from the grocer, chicken
among birds, adornment
of all that is tatty and cheap.
No comments:
Post a Comment