ERG EENZAAM OOK
Met roven heeft hij het niet nauw genomen,
en eerlijk is het bijgevolg nog nooit gegaan.
Van haar heeft hij het hart gestolen, zijn ogen
heeft hij blind gemaakt, en nu hij heeft besloten
om zijn dromen te geloven, nu deelt hij niets meer,
ook niet het licht waarin hij staat.
Hij neemt alleen, hij neemt bijvoorbeeld aan
dat wij voor hem gaan knielen, het liefste nog
op onze ziel, maar wij zijn goed in schijn
en blijven van onszelf, al buigen we nog dieper
dan hij vraagt en vegen we de grond waarop hij loopt
met onze haren, we delven tegelijk zijn koninkrijk,
het is erg koud daar, erg benauwd, erg vuil,
maar hij zal blij zijn in zijn kuil.
VERY LONELY TOO
Stealing he did not feel was some great deal,
and honesty was therefore never on the cards.
Her heart is what he’s stolen from her, made
wholly blind his eyes, and now resolved
to give his dreams full credence, no halves shared,
nor yet the glaring light in which he stands.
He just assumes possession, assumes for instance
we will kneel before him, kneel on our souls
if need be, but we’re past masters now at feigning
and thus remain our own, although we bow still deeper
than he decrees and sweep the ground he treads
with our own hair, crippling his kingdom as we go,
it’s nice and cold there, so close, and very foul,
but let him howl with pleasure in his hole.
No comments:
Post a Comment