WOORDENSCHAT
’t Is wonderlijk om als een omnivoor
De woorden op te kunnen vissen uit
Een zelden aangesproken reservoir
Van taal, een zwarte bron die zich ontsluit
Zodra je in haar mijnengang afdaalt.
Daar sluimert alles wat je moeder zei,
Daar zijn de woorden uit je jeugd verdwaald,
Daar is de taal nog nieuw en vogelvrij.
Wat wordt omhooggehaald gaat zich verbinden
Tot zinnen die zo helder zijn als glas.
Ik zou er van geluk om moeten wenen
Dat ik iets in mijn eigen hoofd kan vinden
Wat ik niet wist dat daar te vinden was -
Fluor en mica in de dode stenen.
TREASURY OF WORDS
It’s very strange that, like some omnivor,
You have the hidden power to fish up words
From some quite rarely called on reservoir
Of language, a black well beneath the earth
That opens up once you descend her mine.
There, all your mother said rests safe and sound,
There the words from your youth have lost their lines,
There language is still new and out of bounds.
What’s hauled up enters into combinations,
Forms sentences as clear as glass that’s ground.
I could weep tears of joy at this alone:
I can inside my head find constellations
I did not know were waiting to be found -
Fluor and mica in the lifeless stones.
No comments:
Post a Comment