HET KARIGE MAAL
Onder de lamp aan tafel
zwijgend eten wij, onze handen
als witte vlekken komen en gaan;
onze beringde vingers achteloos
met het vertrouwde brood spelend.
Geen vreugde niets ongewoons
is er in de klank van onze
messen en vorken.
En natuurlijk weten we niets
van het geluk van reizigers
in een avondtrein.
THE FRUGAL MEAL
Under the dining-table lamp
we eat in silence, our hands
toing and froing like white spots;
our ringed fingers playing
aimlessly with the familiar bread.
No joy nothing unusual
is there in the sound of
our knives and forks.
And naturally we know nothing
of the happiness of travellers
in an evening train.
No comments:
Post a Comment