FERTÖD
Hoe het klonk hier denk je; wat klinkt is denkwerk.
Zomerzaal waar Haydns kwartetten eens de
Tijd herschiepen tot een omlijsting voor de
Sierlijke spiegels.
Anders niet is ruimte te denken: open
Tijd; muziek als vacuüm voor ervaring,
Niemands oor. - Hoe anders de woorden, die zijn
Nooit zonder monden
Oorbaar. Fuik en vangst tegelijk zijn namen,
Nuttig, eetbaar. Maar om de mazen schrijf ik.
Anders dan het park ook: in spiegels wordt het
Roerloos en blijvend,
Vleugeldeuren open naar buiten, niemand
Die weerkaatste paden bewandelt, die daar
Weet van herfst heeft. Dauw maakt het web eerst zichtbaar,
Lucht, blauw, de takken.
FERTÖD
How it sounded here you think; what sounds is thinking.
A summer hall where Haydn’s quartets once
Reshaped time into a frame for the
Elegant mirrors.
Space cannot be thought of otherwise: open
Time; music as a vacuum for experience,
Nobody’s ear. – How otherwise words are, without
Mouths they never are
Earable. Fish trap and catch at the same time are names,
Useful, edible. But I am writing about the meshes.
Different from the park too: in mirrors it grows
Motionless and lasting,
Folding doors open to outside, no one
who walks along the reflected paths, who there
is aware of autumn. Dew first makes the web visible,
Sky, blue, the branches.
No comments:
Post a Comment