De gestorvene
Gij zijt gelijk een korrel in de grond
en bezig om in oogsten op te staan.
De stille tekenen zijn mij niet ontgaan.
Niets is onmogelijk. Harsverzegeld stond
in Chefrens pyramide een kruik met graan,
en een die na millennia het vond
zaaide ervan. ’t Werd avond, het werd dag
over de Nijlstrook. – Tot hij de ochtend zag
dat zich de kiemplant uit de korrel wond.
The deceased
You are just like a seed deep in the ground
and eager to be harvested one day.
The silent signs have not escaped my gaze.
Nothing’s impossible. Resin-sealed, down
in Chephren’s pyramid a grain-jar lay
and thousands of years later one who found
it sowed from it. The night came, then the day
over the Nile. One morning in the clay
he saw a seedling as it upward wound.
No comments:
Post a Comment